Vandaag is het weer Blue Monday. De dag waarop iedereen zich down hoort te voelen. Nee, onzin natuurlijk, maar ik zal je uitleggen wat ik bedoel. Zo’n 15 jaar geleden deed een Engelse psycholoog hier onderzoek naar. Hij ontwikkelde een formule waaruit bleek dat de derde maandag van januari de dag is waarop veel mensen zich neerslachtig voelen. Daar waren natuurlijk ook verklaringen voor: maandag (sowieso voor veel mensen de lastigste dag van de week); de feestdagen net achter de rug; korte, donkere dagen; koud – noem maar op. Die derde maandag van januari was, gemiddeld genomen, zo’n beetje de moeilijkste dag van het jaar.
Opgehypt
Door de media-aandacht voor Blue Monday wordt zo’n dag “opgehypt”. Denk aan Black Friday – is wel van een hele andere orde, maar toch: 25 jaar geleden had nog niemand ervan gehoord. Er waren geen gekmakende advertenties in duizendvoud. En dus hoefde je er ook niets mee. En ook al is Blue Monday een heel ander soort dag, het gevaar van media-aandacht speelt ook hierbij een rol. Je leest over Blue Monday en wat deze dag met je doet. Daardoor krijg je indirect al de boodschap: ‘Op deze dag heb jij het moeilijk’. Wat vervolgens werkt als een self-fulfilling prophecy. Want als je het niet had geweten, was de kans veel kleiner dat je er ook daadwerkelijk last van krijgt.

Self-fulfilling prophecy
Vergelijk het met een diagnose in de ggz. Ik noem diagnoses vaak oneerbiedig ‘stempeltjes’. Evengoed, voor veel mensen kan een diagnose bevrijdend zijn. ‘Eindelijk weet ik wat er met mij aan de hand is!’. Ze voelen erkenning voor hun klachten (‘Er is een naam voor wat ik heb!’). Soms is dat ook zeker gerechtvaardigd.
Echter, een diagnose werkt ook vaak averechts. Zelfs voor mensen die er in eerste instantie blij mee zijn. Een diagnose plaatst je in een hokje, het bestempelt jou als “angststoornis”, “borderliner”, “autist” of “pdd-nosser”. Wat heel vaak (en onbewust!) gebeurt is dat mensen zich ermee gaan identificeren. Je hoort en leest erover, gaat met anderen met dezelfde diagnose om (bijvoorbeeld in groepstherapie) en wordt “behandeld” door iemand die door de bril van jouw stempeltje kijkt. Niet jij als individu staat centraal, maar jij als je diagnose. En dat is een wezenlijk verschil.
Blue Monday kan dan wel wetenschappelijk bewezen – voor veel mensen, gemiddeld genomen en dus zeker niet voor iedereen – de moeilijkste dag van het jaar zijn, dat wil niet zeggen dat dat per se ook voor jou geldt. Laat de media-aandacht dus voor wat ie is. Dikke kans dat het dan juist die self-fulfilling prophecy wordt. Tips hoef je zeker niet te negeren, maar realiseer je dat je die altijd kunt gebruiken. Dus niet per se op deze ene dag.

Vooruit dan…
Oké, toch een paar simpele tips? NIET voor Blue Monday, maar voor elke dag waarop je je down voelt? Komt ie:
-
Zorg voor voldoende slaap. Probeer een uurtje extra mee te pikken! Te weinig slaap is namelijk een belangrijke oorzaak van je slecht voelen.
-
Beweeg! Door te sporten (wandelen of fietsen mag ook 😊) komt endorfine vrij. Daardoor voel je je vanzelf al beter.
-
Zorg voor me-time. Wat heb jij nodig? En lekker warm bad, een goed boek, een flinke wandeling, mediteren? Doen! Je knapt ervan op…
-
Geef complimentjes. Je zult zien: je krijgt ze als vanzelf terug. Dat werkt op je humeur – van jou, en van de ander!
-
Probeer te lachen! Uit onderzoek is gebleken dat wanneer je een lach “faket”, je als vanzelf écht gaat lachen. Je maakt dan namelijk het gelukshormoon endorfine aan.